STOPDAEB

Binnen de kinderopvangsector leeft brede bezorgdheid over de voorgestelde DAEB-aanwijzing. Veel aanbieders, groot én klein, vertegenwoordigen samen een aanzienlijk deel van de kindplaatsen in Nederland en delen dezelfde zorgen over de gevolgen voor de toekomst van de sector.


Als BVOK staan wij voor een financieringsstelsel dat eenvoudig, uitvoerbaar en voorspelbaar is, een stelsel dat ouders zekerheid biedt en professionals de ruimte geeft om hun werk goed te doen.


De voorgestelde DAEB-route brengt volgens ons juist nieuwe risico’s met zich mee: meer complexiteit, juridische onzekerheid en terughoudendheid bij investeringen. Dat heeft directe impact op ondernemerschap én op de beschikbaarheid van kinderopvangplekken in heel Nederland.


Daarom pleiten wij voor een heroverweging van deze koers.

Wij roepen de overheid op om samen met de sector te kijken naar alternatieven die stabiliteit bieden en wél toekomstbestendig zijn. Een open en constructieve dialoog is daarbij essentieel.

  • Wie of wat is STOPDAEB?

    Binnen de sector hebben zich veel kinderopvangorganisaties uitgesproken over de DAEB-aanwijzing. Samen vertegenwoordigen zij een aanzienlijk deel van de Nederlandse kindplaatsen, zowel commerciële als niet-commerciële aanbieders. Deze organisaties staan midden in de praktijk en werken dagelijks met kinderen, ouders en medewerkers. Daardoor weten zij als geen ander wat de gevolgen van beleidskeuzes zijn voor de uitvoering in de praktijk.

  • Waarom zijn jullie tegen de DAEB-aanwijzing?

    Er leven in de sector zorgen dat de DAEB-aanwijzing niet de meest effectieve oplossing is voor de bestaande knelpunten. Volgens verschillende partijen zou de DAEB-route het stelsel juist complexer en juridisch kwetsbaarder maken. Ook wordt genoemd dat deze aanpak de bestuurlijke lasten vergroot, investeringszekerheid kan beperken en daarmee groei en kwaliteit onder druk kan zetten. Binnen de sector klinkt daarom de wens voor een eenvoudiger en stabieler financieringsmodel, zonder extra lagen aan bureaucratie.

  • Is dit niet vooral een financieel belang?

    Binnen de sector wordt benadrukt dat de discussie rond DAEB niet draait om financiële belangen, maar om het kindbelang en de toekomstbestendigheid van de kinderopvang. Financiële onzekerheid kan volgens betrokken partijen leiden tot minder investeringen, krappere capaciteit en daarmee minder ontwikkelkansen voor kinderen. Organisaties die zich bij STOPDAEB hebben aangesloten geven aan dit te doen vanuit zorg voor kwaliteit en continuïteit van opvang, niet vanuit winstmotieven.

  • Wat is jullie alternatief?

    In de sector wordt aangegeven dat er behoefte is aan een uitvoerbaar en voorspelbaar financieringsstelsel dat zekerheid biedt aan ouders, zonder dat kinderopvangorganisaties vast komen te zitten in een zwaar subsidiekader. Verschillende partijen geven aan dat er alternatieve modellen mogelijk zijn die eenvoud en betrouwbaarheid kunnen bieden zónder de potentiële nadelen van een DAEB-regime. Aan dergelijke voorstellen wordt momenteel gewerkt. Er klinkt daarnaast een brede wens voor een open dialoog met de overheid om tot een stabiel, breed gedragen alternatief te komen.

  • Wat gebeurt er nu al in de sector?

    De onzekerheid werkt verlammend. Organisaties stellen uitbreidingsplannen uit, investeringen worden gepauzeerd, en de bereidheid om te groeien neemt af. Dat betekent dat de gevolgen van dit wetsvoorstel vóór de invoering al zichtbaar zijn. Een stelsel dat bedoeld is om zekerheid te brengen, zorgt nu vooral voor onrust.

  • Wat verwachten jullie van de politiek?

    Binnen de sector wordt benadrukt dat er behoefte is aan een heroverweging van de huidige koers. De doelen van het nieuwe stelsel, eenvoud, zekerheid en betaalbaarheid, worden breed gedeeld. Tegelijkertijd geven verschillende organisaties aan dat de DAEB-route deze doelen mogelijk niet dichterbij brengt. Vanuit de praktijk klinkt daarom de oproep om het gesprek te openen en samen te onderzoeken welke stelselvarianten wél uitvoerbaar zijn en kunnen bijdragen aan een stabiele en toekomstbestendige kinderopvang.